De verwachting was dat het water tot maximaal 2,23 NAP zou stijgen. Dat werd 2,24 NAP, maar dat is alsnog zes centimeter lager dan de kritieke grens waarboven het water ook huizen binnen kan lopen.
Onder andere op de Taankade liep het water toch woningen binnen. “Dat komt onder andere door de hoge waterstand en de felle wind die het water verder de kade op duwde,” legt gemeentewoordvoerder Mark Benjamin uit. Enkele bewoners zagen het water hun kelder binnenlopen.
“In eerste instantie leek het er op dat het water niet ver over de kade zou komen, maar later bleek dat we de stijging onderschat hadden. De gemeente is toen alsnog actief zandzakken gaan uitdelen aan inwoners die dat nodig hadden,."
Eigen verantwoordelijkheid
Volgens Benjamin zijn binnenstadbewoners die buitendijks wonen zelf verantwoordelijk voor het nemen van maatregelen tegen hoogstaand water. Zo kunnen zij zandzakken halen bij de gemeentewerf, die zijn gratis en mogen gehouden worden maar meestal worden ze terug gebracht. “Dat de gemeente de zandzakken rondbrengt moet als een stukje service beschouwd worden.”
Een deel van de binnenstad ligt buitendijks. De Voorstraat is eigenlijk een dijk en vormt, samen met onder meer de Riedijk, Noordendijk en Wantijdijk de waterkering van de stad. Alles daarbuiten kan bij hoogwater onder lopen. Om de huizen en Dordtenaren daar te beschermen heeft de gemeente een protocol, waarin ondere andere is opgenomen wanneer de zandzakken worden uitgedeeld, auto's moeten worden verplaatst en vloedschotten worden geplaatst.
De gemeente gaat na de foute inschatting van maandag kijken of het protocol nog klopt en of dat de zandzakken voortaan al bij een lagere waterstand uitgedeeld moeten worden. Zo'n evaluatie vindt volgens Benjamin altijd plaats als de kades zijn overstroomd.