Sleeking en haar teamgenoten leken zwaar onder de indruk van de 15.000 toeschouwers op de tribunes van de La Défense Arena in Parijs, dat in de eerste week het decor was van het zwemtoernooi. De wereldkampioen van 2023 en winnaar van het laatste EK slaagde er slechts met de grootste moeite in het krachtsverschil met Italië in doelpunten tot uitdrukking te brengen.
Met name het eerste kwart zocht Oranje vergeefs naar een gat in de Italiaanse defensie (2-2). Halverwege had de ploeg evenwel een voorsprong van 5-4 te pakken.
Doudesis, Griek in Nederlandse dienst, zag zijn ploeg ook in het tweede bedrijf aanvankelijk niet imponeren. Oranje had weliswaar meer balbezit dan voor rust, maar slaagde er opnieuw niet in de opponent in de houdgreep te nemen (1-1). Pas in het laatste kwart kwam de ploeg een beetje op stoom, met een eindstand van 11-8 tot gevolg. Daarmee reikt Nederland voor het eerst sinds 2008 weer tot de halve eindstrijd.
IJzersterke tegenstander
Het is voor het eerst sinds 2008, toen Nederland olympisch kampioen werd, dat de halve finales zijn bereikt. Daarin is donderdag het ijzersterke Spanje de tegenstander. Spanje liet geen spaan heel van de Canadese vrouwen, die met 18-8 af gingen door de zijdeur.
Een wereld van verschil met tegenstander Italië. Het mocht een klein wonder heten dat La Squadra Azzurra het tot de kwartfinales schopte. Nadat de ploeg zich niet had weten te kwalificeren voor de uitgestelde Spelen van Tokio ging de bezem door de selectie. Verjonging bleek evenwel niet per definitie verbetering, zo werd in de poulefase pijnlijk duidelijk.
De olympisch kampioen van Athene 2004 stelde in de kwalificatie bitter teleur, met drie nederlagen en slechts één overwinning tegen Griekenland (12-8).
Nederland, winnaar van het goud tijdens de Spelen van 2008 in Peking, kende een nagenoeg vlekkeloze aanloop naar de kwartfinales. Oranje was in de groepsfase de bovenliggende partij tegen Hongarije (10-8), China (15-11) en Canada (20-11) en trok na shoot-outs aan het kortste eind tegen Australië: 15-14.