De miniatuur van de 49 kilometer lange spoorlijn tussen Dordrecht en Geldermalsen trok in de huidige staat al ruim 600 bezoekers naar het Baggermuseum. Nu de leden van de MCA verzekerd zijn van een vaste plek voor hun model, kunnen ze groter gaan denken. “We waren daarvoor hard aan het denken om te stoppen, om de miniatuur niet verder af te maken. We hadden nog wel verdere ideeën, zoals de Baanhoekbrug. Maar we hadden geen plek om hem uit te zetten", aldus modelbouwer Gert de Jong.
De leden van de modelspoorclub hebben voor de komende jaren nog minstens acht nieuwe toevoegingen aan de miniatuur op het oog. De meest herkenbare zullen de stations Dordrecht en Geldermalsen zijn. Het kleine station Dordrecht wordt maar liefst 125 centimeter breed. Gert en zijn vrouw Nel, ook lid, zullen er aan beginnen zodra het bestelde bouwpakket binnen is. Zij verwachten dit begin volgend jaar te ontvangen. “We willen ook verder kijken in Dordrecht, misschien het busstation en een klein stukje stad", aldus Gert.
In de tussentijd is er voor het echtpaar, en medeleden Kees en Toon, nog zat te doen. Zij willen onder andere een Glasblazerij in Leerdam en de Baanhoekbrug met een echt varend bootje toevoegen aan hun creatie. Gert benadrukt dat ze vooral bewegende en herkenbare delen van de streek willen toevoegen: “Er moet wat te zien zijn en wat te doen zijn, zeggen wij altijd.”
De miniatuur zal een aantal keer per jaar te zien zijn in het Baggermuseum, dan wordt het traject uitgestald en zullen de kleine treinen ook rijden.
De leden van de modelspoorclub werken in een loods in het museum. Voor nu zijn zij nog druk aan het verzinnen wat er nog meer bij het model zal komen: “Er is nog veel meer moois te zien rond het spoor en de stations. Maar voor nu kunnen al goed aan de slag.”