Aanpak gemeente
De woningeigenaar draait nu nog zelf op voor de kosten van het vleermuizenonderzoek, maar er is kans dat daar in Dordrecht verandering in komt. Stadsecoloog Sjoerd-Dirk Fiaschi-van der Est van de gemeente Dordrecht geeft aan dat zij er sterk over nadenken om gebiedsontheffing aan te vragen met een soortenmanagementplan. “De hoge onderzoekskosten en de onzekerheid over het verkrijgen van een ontheffing willen de provincie en de gemeente Dordrecht wegnemen bij de inwoners door zelf die onderzoeken uit te voeren.”
Het soortenmanagementplan moet ertoe leiden dat de gemeente precies weet waar de meest kwetsbare soorten zitten en wat de meest belangrijke verblijfplaatsen zijn. De gemeente kan zich vervolgens beter inzetten om deze plekken te behouden en de soorten te beschermen.
Op de overige plekken kan er met een gedragscode worden gewerkt. Zo kan een woningeigenaar worden gevraagd om hun woning alleen in bepaalde periodes te isoleren, bijvoorbeeld niet als ze in winterslaap zijn of jonkies hebben. Ook is het mogelijk dat er een klein gedeelte van de spouwmuur niet geïsoleerd mag worden om ruimte te laten voor de beschermde diersoort. Volgens stadsloog Fiaschi-van der Est is er zo’n twee jaar gemeentebreed onderzoek nodig om alle ‘vleermuis-hotspots’ in Dordrecht in kaart te brengen.
Vleermuisonderzoeker
Dordtse ecoloog Tim Breur voert zelf vleermuisonderzoeken uit. Hij is van mening dat het soortenmanagementplan een goede oplossing is voor de problemen waar we nu tegen aanlopen. “Er zijn te weinig ecologen om alle huizen te onderzoeken en qua kosten en doorlooptijd is het ook niet wat we willen.”
Toch benadrukt Tim Breur dat er ook goed moet worden gekeken naar de korte termijn. Hij hoopt dat er snel maatregelen worden getroffen waarmee er wordt voorkomen dat vleermuizen worden gedood. ”We weten dat er vleermuizen doodgaan, alleen niet hoeveel. Er zijn best wel veel voorbeelden waarbij er toch nog een vleermuisje uit een spouwmuur heeft weten te kruipen met isolatieschuimkorrels op zijn rug geplakt, maar negen van de tien keer wordt zo’n muur opgevuld en kunnen ze niet meer wegkruipen.”
Eén van de maatregelen die Tim Breur aandraagt is het plaatsen van ‘exclusion flaps’, een week voordat men gaat isoleren. “Dat zijn een soort luikjes die je op de open stootvoeg plaatst, waardoor vleermuizen wel uit de spouwmuur kunnen, maar er niet meer in. Hiermee redden we al een heleboel vleermuizen.“
Bewustwording
Een betere bewustwording zou de vleermuizenpopulatie in Nederland ook ten goede komen. Waar woningcorporaties vóór het isoleren vaak netjes vleermuizenonderzoek laten uitvoeren, zijn het met name de particuliere huiseigenaren waarbij nog veel te winnen is. “Zij zijn vaak niet op de hoogte van de Wet Natuurbescherming of dat er überhaupt vleermuizen kunnen leven in hun huis.”
Die onwetendheid heeft soms desastreuze gevolgen voor de zoogdiertjes. Vleermuizen slapen overdag en komen pas een half uur na zonsondergang tevoorschijn. “Vleermuizen leven soms ook in kolonies. Spuit je je muur vol met isolatieschuim terwijl de vrouwtjes bij elkaar zitten om jonkies te werpen, dan ben je in één keer je hele lokale populatie kwijt”, aldus Tim Breur.
Verder merkt Tim dat particuliere huiseigenaren van isolatiebedrijven vaak verwachten dat zij weten of er vleermuizen in hun muren zitten. Terwijl isolatiebedrijven juist verwachten dat de huiseigenaren hen hierover informeert. “Wat je toch vaak ziet is dat ze de bal een beetje naar elkaar kaatsen.“
Vleermuizen vervullen een belangrijke rol als het gaat om de balans in de natuur. Waar vogels overdag de insectenstand in balans houden, hebben vleermuizen nachtdienst. Eén vleermuis kan duizenden insecten per nacht vangen, waaronder ook veel muggen. Wereldwijd zijn er meer dan duizend soorten vleermuizen. In Nederland leven er achttien soorten.